Nadat DAF middels diverse prototypes had geëxperimenteerd met een nieuwe opzet van de combinatie Variomatic & achteras, kwam de uiteindelijke configuratie Variomatic met differentieel gekoppeld aan een De Dion achteras tot uiting in de Daf 66. Dit was de grootste noviteit van de Daf 66, die feitelijk een grondig gefacelifte 55 was met een uiterlijk aangepast aan het tijdsbeeld van begin jaren '70. De De Dion achteras werd in die tijd gebruikt in grote auto's zoals de Alfa Romeo Alfetta, Rover 3500 en Opel Admiral/Diplomat, een totaal andere prijsklasse.
Ten opzichte van de Daf 55 kreeg de 66 een nieuwe Variomatic met een primaire en een enkele secundaire reductiekast en een compactere aandrijving. Dezelfde 1100cc Renault Cléon-Fonte motor vond zijn plek in de 66, maar met een grotere capaciteit van de motorkoeling, wisselstroomdynamo en schijfremmen met rembekrachtiging (m.u.v. de De Luxe uitvoering).
Naast deze technische verschillen met de Daf 55, was ook uiterlijk goed een onderscheid te maken. De Daf 66 heeft ten opzichte van een 55 een rechter, hoekiger front met meer kunststof onderdelen en aan de achterzijde kleinere lichtunits zonder achteruitrijlampen. Het interieur is anders van opzet met een stootrand met zachte 'kussentjes' op het dashboard waar schakelaars in zijn opgenomen.
Ook de Daf 66 kon af-fabriek met de Marathon uitrusting worden besteld: eerst als 1100cc Marathon, gelijkwaardig aan de 55 Marathon, en later met een 1300cc motor die er 2 pk meer uit perste. De 1300 Marathon kreeg een gelaagde voorruit, zelfstellende remmen, een samendrukbare stuurkolom en een controlelampje voor het remvloeistofniveau: zaken die bijdroegen aan een algeheel hoger veiligheidsniveau.
De combinatie Variomatic met differentieel gekoppeld aan een De Dion achteras werd ook toegepast in de Daf 46, Volvo 66, Volvo 343 en Volvo 340 tot 1992, ruim 25 jaar gebruik!